Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [41]Waartoe ik [42]gesteld ben een prediker, en een apostel, en een leraar der heidenen; 41. Dat is, om dit Evangelie te prediken, voornamelijk onder de heidenen. 42. Namelijk van God, die mij daartoe afgezonderd, geroepen en verordineerd heeft. Zie Hand.13:2; Rom.1:1; Gal.1:1.